- There is no 2nd ₿est
- Posts
- De grafiek van de week
De grafiek van de week
Twee tegengestelde krachten
Goedendag allemaal,
Het weekend zit er weer op, tijd voor een nieuwe werkweek. Maandagen zetten gelijk de toon voor de rest van de week dus ik hoop dat iedereen een kickstart heeft gemaakt vandaag.
Grafiek van de week
Onderstaande grafiek kwam ik tegen op de twitter tijdlijn van Dylan LeClair.
De tegengestelde krachten van exponentiële technologische vooruitgang tegenover eeuwigdurende monetaire expansie. Alles wat de overheid aanraakt door middel van subsidies of steun blijft massaal in prijs stijgen. Ondertussen blijft de technologie meer efficiëntie leveren tegen lagere kosten
Over het algemeen hebben we te maken met technologische vooruitgang en worden we efficiënter. Dit betekent dat we meer en goedkoper kunnen produceren en dat heeft prijsdalingen tot gevolg. Maar desondanks zien we bepaalde goederen en diensten om ons heen duurder worden (zie grafiek).
De reden?
Een verruiming van de geldhoeveelheid.
Als een overheid of centrale bank besluit om meer geld te drukken is er meer geld beschikbaar in de economie.
Naarmate de hoeveelheid geld in de economie toeneemt, hebben consumenten en bedrijven meer geld te besteden. Als het aanbod van goederen en diensten geen gelijke tred houdt met deze toegenomen vraag, kunnen de prijzen stijgen.
Voorbeeld (versimpelde weergave van de werkelijkheid):
- De geldhoeveelheid wordt met 2% verruimd —> 2% meer euro’s in omloop —> dus 2% meer geld dat kan meebieden op producten —> meer vraag naar producten.
-Productie neemt toe met 2% —> 2% meer aanbod van producten.
Dan blijft de ratio tussen vraag en aanbod gelijk.
Alleen als de geldhoeveelheid harder stijgt dan de productie dan krijg je te maken met: meer geld dat mee biedt op minder goederen
Dit betekent dat een structurele prijsstijging van goederen en diensten vrijwel altijd het gevolg is van het verruimen van de geldhoeveelheid. Oftewel, prijzen stijgen omdat je geld minder waard wordt.
Je ziet dat de goederen en diensten waarvoor de overheid subsidie en steun geeft (meer vraag creëert ) stijgen. Daartegenover zien we dat producten als een tv (zelfde grootte en kwaliteit) of mobiele telefoon goedkoper worden ondanks het feit dat er geld wordt gedrukt omdat technologie zo deflatoir is.