Inflatie, inflatie, inflatie

Hoe zit dat nou precies?

Goedendag allemaal,

Inflatie, inflatie, inflatie. Misschien wel het woord van de afgelopen jaren.
Maar het is nogal een ingewikkeld onderwerp. Althans, zo wordt het ons voorgeschoteld. Ik ben eens op onderzoek uitgegaan en zal de resultaten in de komende dagen met jullie delen.

Het begrip inflatie

Iedere ochtend, vaste prik. Het halen van een heerlijke flat white bij mijn favoriete koffietentje. Maar dit keer schrok ik nogal toen de kassa werd aangeslagen. De prijs was €4.35. Twee maanden geleden was de prijs ook al verhoogd naar €4.15. Nu denk je vast, ach joh Rick wat loop je nou te zeuren om die 20 cent. Echter, een snelle berekening leert dat we hier te maken hebben met een prijsstijging van 4.8%. En afgelopen twee jaar was dit niet alleen het geval voor mijn bekertje koffie, maar ook voor een pak melk, een doosje eieren en een goed stuk vlees van de slager is tegenwoordig bijna onbetaalbaar geworden.

PRIJSINFLATIE DUS, althans, dat is hoe de media het vaak beschrijft. En precies daar gaat het mis en wordt er verwarring gezaaid. Een mix van woorden en begrippen die het fenomeen inflatie en prijsstijgingen door elkaar halen. Het is belangrijk om nu even op te letten! 
Want inflatie is namelijk de verruiming van de geldhoeveelheid —> en prijsstijgingen zijn het gevolg van inflatie.

âťť

Dus een toename van de geldhoeveelheid (inflatie) zet een algemene stijging van de prijs van goederen en diensten in gang.

Zoals bij alles in de wereld is het belangrijk om onderscheid te maken tussen oorzaak en gevolg. Het belang hiervan komt later deze week naar voren.

Voor mijn onderzoek ben ik eerst gaan kijken naar de variabelen die prijsstijgingen beĂŻnvloeden.

Welke variabelen hebben invloed op prijsstijgingen?

Er zijn twee variabelen die invloed hebben op prijsstijgingen.

  1. De geldhoeveelheid verandert

  2. Beperkingen aan de aanbodzijde of van de productiviteit 

Als bijvoorbeeld een graanoogst in een regio mislukt dan zal het graan duurder worden omdat er minder aanbod is. Of als ASML ineens problemen heeft met een machine en ze minder chips kunnen produceren. Dan zal de prijs van de chips stijgen.

Maar over het algemeen hebben we te maken met technologische vooruitgang en worden we efficiĂ«nter. Dit betekent dat we meer en goedkoper kunnen produceren en dat heeft prijsdalingen tot gevolg.

Een tv (zelfde grootte en kwaliteit) wordt goedkoper ondanks het feit dat er geld wordt gedrukt omdat technologie zo deflatoir is.

Wat je vooral niet moet vergeten is het volgende!
Prijsstijgingen ontstaan als de geldhoeveelheid in een economie harder stijgt dan de productie. 

Voorbeeld:
De geldhoeveelheid wordt met 2% verruimd —> 2% meer euro’s in omloop —> dus 2% meer geld dat kan meebieden op producten —> meer vraag naar producten.

Productie neemt toe met 2% —> 2% meer aanbod van producten.

Dan blijft de ratio tussen vraag en aanbod gelijk. 

Alleen als de geldhoeveelheid harder stijgt dan de productie dan krijg je te maken met: meer geld dat mee biedt op minder goederen

Benieuwd hoe dit verder gaat? Mis de nieuwsbrief van morgen dan niet.

Belangrijkste dingen van vandaag:

  • Inflatie is een verruiming van de geldhoeveelheid

  • Inflatie zet een algemene stijging van de prijs van goederen en diensten in gang.

  • Technologische vooruitgang zorgt ervoor dat alles goedkoper wordt.

  • Alleen als de geldhoeveelheid harder stijgt dan de productie dan krijg je te maken met prijsstijgingen